Offshore waterstofproductie, elektrificatie van productieplatforms en het ondergronds opslaan van kooldioxide in de Noordzeebodem dragen allemaal bij aan verduurzaming van het energiesysteem. Dat concludeert TNO in zijn rapport North Sea Energy: Unlocking the potential of the North Sea. Als bestaande assets worden gekoppeld aan nieuwe projecten, kan dit volgens TNO miljarden euro’s besparen.

Een belangrijk deel van het fundament voor het toekomstig energiesysteem op en rond de Noordzee wordt het komende decennium gelegd. Voor enkele concepten, bijvoorbeeld voor platformelektrificatie en CCS, is een positieve business case al mogelijk op de korte termijn. Maar dit is alleen mogelijk als de overheid duidelijke en duurzame marktcondities stelt. Voor andere onderzochte concepten, zoals power-to-x, offshore waterstofproductie op platforms en energie-eilanden, lijkt een positieve business case zich na 2030 aan te dienen.

Waterstof

Onderzoek van RUG-hoogleraar Catrinus Jepma toonde al eerder aan dat offshore productieplatforms een rol kunnen spelen in de aanlanding van offshore windenergie. Door de stroom eerst in waterstof om te zetten, kan bestaande gasinfrastructuur worden hergebruikt voor waterstoftransport. Inmiddels experimenteert Neptune al met offshore waterstof. In 2021 verwacht men de één megawatt elektrolyser te kunnen opstarten. Voordat deze vorm van groene waterstof echter op grote schaal kan worden ingevoerd zullen ook op land de nodige aanpassingen moeten worden gemaakt.

Als na 2030 een volwassenere waterstofmarkt ontstaat, kunnen zelfs energie-eilandjes worden aangelegd. Deze vormen een energiehub in de Noordzee voor zowel elektriciteit als waterstof. Behalve energietransport, zouden de eilanden ook energieopslag kunnen faciliteren.

De meeste offshore energie zal echter nog steeds als elektriciteit de kust bereiken, zo verwachten de onderzoekers. Met name de prijsverschillen in offhsore en onshore installaties maken de businesscase voor offshore waterstofproductie lastiger.

Elektrificatie

Een grotere kans voor de nabije toekomst zien de onderzoekers in elektrificatie van de productieplatforms. De platforms gebruiken tot nog toe aardgas voor het verwerken en comprimeren van aardgas. Wanneer de platforms offshore windenergie inzetten, scheelt dit tonnen CO2 en stikstof-emissies. De onderzoekers verwachten bovendien nog een verlengde rol voor de platforms als ze worden ingezet om kooldioxide onder de grond te stoppen (CCS). Daarmee voorkomen ze dat deze vorm van emissiebeperking op zijn beurt weer emissies veroorzaakt.

Regie

Regievoering op nationaal en internationaal niveau is wel nodig om de energiefuncties op de Noordzee te integreren. Zo zijn er belangrijke marktbarrières en belemmeringen op het gebied van wet- en regelgeving die een oplossing behoeven.

Internationale samenwerking is ook van groot belang bij het uitrollen van nieuwe energie-infrastructuur en het identificeren en behouden van bestaande infrastructuur met strategische functie in het toekomstig energiesysteem. Het onlangs gesloten Nederlandse Noordzee-akkoord biedt een logisch uitgangspunt voor de noodzakelijke coördinatie en samenwerking op de Noordzee.