Een consortium van zeven chemie- en energiebedrijven onderzoekt de haalbaarheid van een CO2-infrastructuur in Antwerpen. Het gaat om een centrale pijpleiding op zowel de linker- als de rechteroever.
Naast pijpleidingen zijn verschillende gemeenschappelijke behandelingsunits nodig. Evenals een gemeenschappelijke installatie voor het vloeibaar maken van CO2. En de tussentijdse opslag van CO2 is ook onderdeel van deze infrastructuur.
Daarnaast heeft Belgiƫ geen geschikte ondergrond om CO2 op te slaan in bijvoorbeeld lege gasvelden. Het grensoverschrijdende transport ervan is dus ook onderdeel van de studie naar de haalbaarheid van de CO2-infrastructuur. Dit transport is mogelijk via bijvoorbeeld scheepsbelading naar Noorwegen en een pijpleiding naar Rotterdam.
Antwerp@C
Het consortium, Antwerp@C genoemd, bestaat uit Air Liquide, BASF, Borealis, ExxonMobil, Ineos, Fluxys, Port of Antwerp en Total. Eind 2019 bracht Port of Antwerp de zeven bedrijven bij elkaar. Doel van het project is om tegen 2030 de helft van de CO2 emissies in de haven op deze manier af te vangen.
Fluxys, Port of Antwerp, Total en Air Liquide hebben inmiddels Europese subsidiedossiers ingediend om weer een stap verder te zetten. Deze leunen op het CO2TransPorts project voor infrastructuur richting Rotterdam en het Northern Lights project voor infrastructuur richting Noorwegen.