[vc_row][vc_column][vc_column_text]

Naast de A7 in Friesland staan de fabrieken van BASF Heerenveen. Ver van de grote chemieclusters. Dat levert interessante uitdagingen op, vooral als je de ambitie hebt om wereldwijd als eerste binnen de BASF-groep klimaatneutraal te zijn. Sitemanager Sjoerd Visser stuit met zijn team op grote uitdagingen. Toch blijft zijn droom intact: neutraal in 2030.

Wim Raaijen[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]Al bijna 27 jaar werkt Sjoerd Visser bij BASF in Heerenveen en de vorige eigenaar Johnson Polymers. In verschillende functies, de laatste bijna negen jaar als sitemanager. Een hele tijd, maar saai is het nooit geweest, al is het omdat hij zelf altijd op zoek is geweest naar dynamiek en innovatie.
Niets vindt Visser motiverender dan met zijn team de prestaties van de BASF-fabrieken in Heerenveen te verbeteren. En vooral op het gebied van de energie- en grondstoffentransitie. Zo slaagde BASF Heerenveen er onder zijn leiding al eerder in om het energieverbruik structureel met een derde terug te brengen. Visser: ‘Dat kon met name door twee grote absorptiechillers – 1,25 megawatt elk – te vervangen door magneet-gelagerde elektrische chillers en de drie gasmotoren te verwijderen. Dit maakte een warmtekracht-installatie overbodig.’[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column width=”1/6″][vc_empty_space][/vc_column][vc_column width=”2/3″][vc_single_image image=”181605″ img_size=”large”][/vc_column][vc_column width=”1/6″][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]

Enorme stap

Een mooi resultaat waar het bedrijf indertijd ook de Northern Enlightenmentz award mee verdiende. Maar de ambitie reikt verder. Visser: ‘Eigenlijk willen we wereldwijd de eerste BASF-site worden die volledig klimaatneutraal is. En het liefst al in 2030.’ Eerder dan de BASF-site Antwerpen. De eerste Europese Verbund-site die volgens CTO Melanie Maas-Brunner klimaatneutraal kan worden. Antwerpen heeft immers geografische voordelen in Europa. Het ligt dicht bij de Noordzee en is daardoor makkelijker open te stellen voor windenergie. En dat biedt op kortere termijn ook kansen voor carbon capture and storage als belangrijk onderdeel in de puzzel op weg naar klimaatneutraliteit.
Heerenveen is natuurlijk geen grote Verbund-site, maar dat maakt de uitdaging niet per se eenvoudiger. Heerenveen ligt niet aan zee en is ook geen onderdeel van een groot cluster. Visser: ‘We hebben onze ambitie inmiddels uitgebreid onderzocht en daar ook een roadmap voor ontwikkeld.’ Tijdens het onderzoek stuitte hij met zijn team op een paar grote uitdagingen. ‘Allereerst kwamen we tot de conclusie dat maar een heel beperkt deel van de footprint van onze producten binnen onze hekken ligt. Slechts ongeveer vier procent, als je vanaf de gebruiksfase rekent. Verreweg het grootste deel van de impact zit in de grondstoffen. Een belangrijke beslissing ligt dus bij de inkoop daarvan. Kiezen we voor biogebaseerde grondstoffen, wat we ook van plan zijn, dan zetten we dus een enorme stap.’[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]Sjoerd Visser:

‘Verreweg het grootste deel van de impact zit in de grondstoffen. Een belangrijke beslissing ligt dus bij de inkoop daarvan.’

[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]

Financieel

Toch blijft de ambitie om naar honderd procent klimaatneutraal te gaan. En dan moet BASF Heerenveen ook aan de slag met die vier procent op de eigen site. ‘We hebben daarvoor verschillende opties bekeken. De inzet van groen geproduceerde waterstof bijvoorbeeld, als vervanger van aardgas. Dat wordt echter een lastig verhaal, zeker als we vaart willen maken. Onze fabrieken staan niet in een van de vijf grote industriĂ«le clusters die straks als eerste aan het waterstofnet worden aangesloten. En het is de verwachting dat pas in 2027 de eerste waterstofleiding tussen grote chemieclusters gereed is. Dus we kunnen er niet van uitgaan dat er snel een klein aftakkinkje naar onze site in Heerenveen komt. Dus waterstof is geen realistische optie voor ons.’
Verregaande elektrificatie bleek voor BASF Heerenveen daarom de beste route, zeker binnen de ambitieus gestelde termijn. ‘Al snel werd duidelijk dat we op die manier zestig procent broeikasgasemissies kunnen besparen. Helaas geen honderd procent. Dus we moeten de overige veertig procent compenseren. Dat komt doordat we restgassen en -vloeistoffen in elektriciteit omzetten. Daar komt CO2 bij vrij. Wel kunnen we de restgassen en -vloeistoffen ook elders laten verbranden, maar dat maakt – als je er eerlijk naar kijkt – onder de streep niks uit.’
Vooral op financieel vlak is de uitdaging niet gering. ‘We zijn gaan rekenen met realistische prognoses van bijvoorbeeld de energieprijs en andere factoren. Gezien de geringe stappen die dan kunnen worden gezet, verkiest BASF zijn investeringsgelden eerst in te zetten bij duurzaamheidsvoorstellen met meer impact.’ Dus Visser kreeg zijn plannen er nog niet doorheen.[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]Sjoerd Visser:

‘We moeten niet te lang wachten met verregaande elektrificatie, omdat dan het momentum voorbij kan gaan.’

[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]

Middenspanningsnet

Is het echter niet een kwestie tijd totdat de rekensommen gunstiger worden? Om de haverklap wordt er bijvoorbeeld voorspeld dat de prijs van CO2 door blijft gaan met stijgen. De prijs neemt met name de laatste jaren enorm toe, naar het huidige niveau van meer dan honderd euro per ton. Worden verschillende CO2-besparende maatregelen dan niet vanzelf aantrekkelijker?
Was het maar zo simpel, stelt Visser. ‘Een hogere CO2-prijs en ook andere prijsverhogingen zorgen tegelijkertijd voor extra uitdagingen voor bedrijven. En we hebben het geld juist zo hard nodig om investeringen te doen in transitie en duurzamere processen.’
Liever wacht Visser helemaal niet en gaat hij aan de slag met wat er al wel kan. ‘We hebben de roadmap alvast in stukjes gehakt. Zodat we met een aantal onderdelen die wel uit kunnen, snel kunnen beginnen. Zeker als we in sommige gevallen toch voor vervangingsinvesteringen staan.’
En hij blijft intussen ook intern de discussie aangaan. ‘We moeten niet te lang wachten met verregaande elektrificatie, omdat dan het momentum voorbij kan gaan. Bij elektrificatie is bijvoorbeeld de aansluiting op het elektriciteitsnet van belang. Er is hier inmiddels geen ruimte meer op het middenspanningsnet van 10 kilovolt. Er zijn nog wel mogelijkheden op het 20 kilovolt-net. Maar wie zegt dat dit over een paar jaar ook nog zo is?’[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row full_width=”stretch_row” parallax=”content-moving” css=”.vc_custom_1649703092283{padding-top: 20px !important;padding-right: 20px !important;padding-bottom: 20px !important;padding-left: 20px !important;background-color: #f4e5c3 !important;background-position: center !important;background-repeat: no-repeat !important;background-size: contain !important;border-radius: 2px !important;}”][vc_column][vc_column_text]

DE PLANTMANAGER

[/vc_column_text][vc_column_text]In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plantmanager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het plantmanagers om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren?
Kent u interessante plantmanagers? Mail dan naar [email protected][/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]Dit artikel is gepubliceerd in Petrochem 2023-02 (26/4/2023)[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]