De afzetprijzen van de Nederlandse industrie waren in juni gemiddeld 30,4 procent hoger dan in mei 2021, meldt het CBS. Dat is de grootste prijsstijging sinds het begin van de statistiek in de huidige vorm in 1981 werd gemeten. De grote prijsstijgingen zijn vooral te wijten aan toegenomen kosten voor energie, grondstoffen en transport.
De toename van de afzetprijzen van de industrie is sinds juli 2021 ongekend groot. De oorlog in Oekraïne zorgt voor extra druk op de prijzen, bovenop de prijsstijgingen die ontstonden door het snelle herstel van de economie na de coronacrisis.
Stijging olieprijzen zwakt af
De stijging van de afzetprijzen in de industrie hangt sterk samen met de prijsontwikkeling van ruwe aardolie. In juni 2022 kostte een vat ruwe North Sea Brent olie ruim 110 euro, ruim 81 procent meer dan een jaar eerder. In mei kostte een vat ruwe North Sea Brent ongeveer 105 euro. Dat was bijna 88 procent meer dan een jaar eerder.
Producten van de aardolie-industrie waren in juni 121,2 procent duurder dan in juni 2021. In mei lagen de prijzen 106,1 procent hoger dan een jaar eerder. Ook in de chemische industrie hangt de afzetprijs over het algemeen samen met de olieprijs. De afzetprijzen van de chemische industrie waren in juni 39,1 procent hoger dan een jaar eerder. In mei lagen de prijzen 39,5 procent hoger dan in mei 2021.
De afzetprijzen van de industrie zijn in juni ten opzichte van mei met 2,0 procent gestegen. De prijzen op de binnenlandse markt namen met 1,3 procent toe, de prijzen op de buitenlandse markt met 2,5 procent. De afzetprijzen lopen al vanaf eind 2020 snel op.