Er gaan miljoenen euro’s naar overheidstoezicht op bedrijven die met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen werken. Maar of de industrie daar nou echt veiliger van wordt, is niet bekend. Het aantal overtredingen en incidenten blijft constant. Dat blijkt uit het proefschrift van Rob in ’t Veld (75). Hij promoveert 30 mei aan de Universiteit Leiden.

In Nederland moeten ongeveer vierhonderd bedrijven voldoen aan veiligheidsmaatregelen die zijn vastgelegd in het Besluit Risico’s Zware Ongevallen (Brzo). Uit rapportages van de overheidstoezichthouders blijkt dat gemiddeld bij zestig procent van de Brzo-bedrijven elk jaar weer overtredingen van de wet- en regelgeving worden geconstateerd. ‘En dat cijfer wordt niet beter’, stelt In ’t Veld.

Niks veranderd

De promovendus analyseerde rapporten van toezichthouders (van 2010 tot en met 2021) en interviewde medewerkers van deze diensten. Zijn opvallendste conclusie is dat niemand weet wat het toezicht nou eigenlijk oplevert. ‘Men rapporteert keurig elk jaar hoeveel inspecties zijn uitgevoerd, hoeveel overtredingen er zijn geweest en hoe vaak er is gehandhaafd. Het probleem is dat er een jaar later weer overtredingen worden gevonden en het jaar daarna opnieuw. Ieder jaar ziet het beeld er hetzelfde uit. Uit onderzoek blijkt ook dat hier sinds jaar en dag dezelfde oorzaken achter liggen. Mijn voorspelling is dat de toezichthouders nog twintig jaar zo door kunnen gaan, maar dan is er nog niks veranderd.’

Ontwrichtend

Volgens In ’t Veld moet de overheid veel meer onderzoeken wat er met beleid, toezicht en handhaving wordt bereikt. Zo krijgt de overheid veel meer inzicht in welke maatregelen helpen om de industrie veiliger te maken. En dat is belangrijk, zo benadrukt de promovendus. ‘Er zijn niet vaak grote incidenten bij Brzo-bedrijven, maar als er iets misgaat, kunnen de gevolgen maatschappij-ontwrichtend zijn.’

Pensioen

De 75 jaar oude Rob in ’t Veld neemt als buitenpromovendus deel aan het programma van Leiden University Dual PhD Centre The Hague. Voor zijn pensioen hield In ’t Veld zich in diverse functies bij een aantal organisaties bezig met het thema veiligheid, met de nadruk op arbeidsomstandigheden. Hij werkte onder meer bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid als hoofdinspecteur, strategiemanager en directeur van de directie Major Hazard Control. Na zijn pensioen zaten hem nog een aantal zaken hoog, zoals de versnippering van het toezicht en de inefficiëntie. Daarom, en omdat het hem erg leuk leek, besloot hij te promoveren.